fragmenten

fragment

23/12/2024

Spreek en blijf hopen!

Toen je de aankondiging over deze avond zag verschijnen – ik gok – op sociale media, fronste je wellicht even je wenkbrauwen. Albina Fetahaj. Een onbekende naam. Misschien laat je je graag verrassen deze avond en zocht je mijn naam niet op. Een kleine daad van anarchie. Wie niet van verrassingen houdt en mij toch snel even googelde, stuitte wellicht op het boek Grenskolonialisme dat begin deze maand verscheen bij EPO.

Een boek over grenzen, over de verwevenheid van grenzen met kolonialisme, imperialisme en ja, met kapitalisme. Geen gemakkelijk onderwerp, ik weet het.  

Eerlijk gezegd, ik had het boek liever niet geschreven. Ik had liever gewoon student geweest afgelopen jaar – met examen-stress en thesis-deadlines als mijn grootste kopzorgen eerder dan manuscripten-deadlines en de slapeloze nachten die daarmee gepaard gaan.

Maar goed, de reden dat het boek verschenen is, is dezelfde reden als ik hier nu vanavond sta, namelijk omdat stilte ons niet gaat beschermen – zoals Audre Lorde heel duidelijk maakt.

Audre Lorde is een zwarte Amerikaanse, lesbische vrouw. Ze is moeder, feministe en dichter – zoals ze zichzelf consequent voorstelde. Hoewel ze 32 jaar geleden overleed, blijft haar werk nog steeds belangrijk en relevant. Op het moment Audre Lorde de diagnose van borstkanker kreeg, en over haar leven begon te reflecteren, over het positieve maar ook het negatieve, besefte ze dat ze over één iets écht spijt had: de keren dat ze had gezwegen.

Mijn boek gaat over grenzen, over het reële geweld van grenzen. Over hoe de Middellandse Zee inmiddels de dodelijkste grens ter wereld is geworden. Meer dan 30.000 mensen kwamen reeds om in deze wateren – dit cijfer is wellicht slechts een fractie van de realiteit. Een cijfer dat zo groot is dat het een abstractie lijkt, alsof er écht niets aan gedaan kan worden. Alsof mensen zomaar komen te sterven aan onze buitengrenzen. Het is cynisch, maar grensdoden – wat de uitzondering zou moeten zijn – is de norm geworden, terwijl wij migratie – een normaal sociaal fenomeen – als uitzondering beschouwen.

We lijken grenzen zomaar te aanvaarden, alsof ze altijd al bestaan hebben. Maar grenzen zijn niet echt. Ze zijn het product van een lange, geschiedenis van kolonialisme en imperialisme. Ze zijn er om te domineren en controleren. . Wist je dat er voor het einde van de achttiende eeuw zelfs nog geen duidelijke landsgrenzen waren? Nationale identiteiten moesten nog uitgevonden worden. De globalisering van het systeem van natiestaten kwam er zelfs pas na de Tweede Wereldoorlog. Nationale grenzen zijn dus relatief recente creaties.

De simpele vaststelling dat de huidige wereld een gemaakte wereld is, impliceert ook dat je ze kan ontmaken en hermaken. Ze hoeft niet te draaien zoals ze vandaag draait. We kunnen ook aan een heel andere maatschappij bouwen. Een maatschappij waar rechtvaardigheid en menswaardigheid geen holle begrippen zijn. In tijden van toenemende gemilitariseerde grenzen, groeiende mondiale ongelijkheid, wereldwijde klimaatrampen en technologisch gestuurde onderdrukking, wordt de zoektocht naar een andere manier van samen-zijn alsmaar urgenter.

Misschien kunnen we zelfs ooit evolueren naar een wereld zonder grenzen. Het klinkt wellicht absurd.

En toch, in mijn boek houd ik een pleidooi voor een wereld zonder grenzen. Je hoort het goed, een wereld waarin het bestaan van grenzen net zo absurd zijn als ze vandaag normaal zijn. Een wereld waarin iedereen die wil, kan migreren, maar ook een wereld waarin zij die niet willen migreren niet hoeven te migreren omdat klimaatopwarming hun gronden onvruchtbaar heeft gemaakt, of omdat kolonialisten hun huizen inpalmen.

In plaats van afgegrensde natiestaten als horizon van onze politieke verbeelding te accepteren, moeten we voorbij de huidige epistemologische kaders durven kijken. Het volstaat niet om verontwaardigd te blijven wachten tot een andere, rechtvaardige(re) wereld zich aanbiedt. En wanneer we hedendaagse gesprekken over grenzen in een andere richting (proberen te) duwen en ons zo een voorstelling beginnen te maken van ‘een wereld zonder grenzen’, dan zul je – of in ieder geval ik – je voortdurend afvragen of je niet ‘irrationeel’ of zelfs ‘gek’ klinkt. Maar wie bepaalt wat gek of irrationeel is? Wanneer machtshebbers hun neokoloniale wereldbeeld als universeel opdringen, lijkt elk visie die dit hegemonische denken fundamenteel in vraag stelt ‘gek’, ‘irrationeel’ en ‘onredelijk’.

Maar wanneer duizenden mensen sterven op de Middellandse Zee, in de Sahara of aan hongerlonen in sweatshops werken, is het meest rationele dat iemand kan doen het ogenschijnlijk irrationele standpunt van de droom van een andere, dekoloniale wereld zonder grenzen verdedigen.

Ik snap het wel. Spreken is eng. De wereld kan enorm wreed zijn. Uit angst voor afkeur, of voor een bepaald oordeel, is het verleidelijk om vooral te zwijgen. Maar wanneer heeft stilte ooit (innerlijke) rust geboden in een onrustige wereld? We weten hoe gewelddadig ons grensbeleid is. We zien de beelden. We lezen de getuigenissen. We kunnen stil zijn, maar dit maakt de wereld er niet minder gewelddadig op. Stilte zal ons dus niet beschermen.  

Willen we een beter leven – niet alleen voor onszelf – maar voor ons allen, omdat niemand écht vrij is tot iedereen vrij is, dan begint het met een radicale verbeelding en de hoop dat een andere wereld mogelijk is. Mijn oproep van vandaag is dus een oproep om je uit te spreken en terug te durven dromen. Hoe onzeker de toekomst ook lijkt, één ding is wel zeker: ze is niemands eigendom. Wij kunnen samen de toekomst vormgeven.

In plaats van afgegrensde natiestaten als horizon van onze politieke verbeelding te accepteren, moeten we voorbij de huidige epistemologische kaders durven kijken. Het volstaat niet om verontwaardigd te blijven wachten tot een andere, rechtvaardige(re) wereld zich aanbiedt.

Dus beste mensen, spreek, durf te dromen en blijf hopen. Geen vals optimisme dat het sowieso beter wordt. Enige garantie dat een wereld zonder grenzen er beter uitziet dan de huidige wereld hebben we niet. Maar wat is het alternatief? Grenzen kunnen toch niet eeuwig ons antwoord blijven op de problemen die ze creëren en vervolgens mee in stand houden? Dat de wereld van vandaag het beste is dat we als mensheid kunnen bedenken, zouden we nooit mogen accepteren. Dus laten we blijven strijden voor een betere wereld voor ons allen. En als iemand je vraagt waarom je dat doet, zeg dan: omdat ik hoop heb.

Albina Fetahajs bijdrage aan Aanbevelingen voor een beter leven (2024)

producties