2011

Saint Amour

Italia

12/02/11 Leuven
13/02/11 Lier
CC De Mol (20.00)
14/02/11 Antwerpen
Bourla (20.00)
15/02/11 Brussel
KVS (20.00)
16/02/11 Hasselt
17/02/11 Mechelen
18/02/11 Sint-Niklaas
19/02/11 Knokke-Heist
20/02/11 Brugge
21/02/11 Dilbeek
Westrand (20.00)
23/02/11 Aalst
De Werf (20.00)
24/02/11 Gent
Jan Hendrickx (Gramma)
12/02/11 Leuven
13/02/11 Lier
CC De Mol (20.00)
14/02/11 Antwerpen
Bourla (20.00)
15/02/11 Brussel
KVS (20.00)
16/02/11 Hasselt
17/02/11 Mechelen
18/02/11 Sint-Niklaas
19/02/11 Knokke-Heist
20/02/11 Brugge
21/02/11 Dilbeek
Westrand (20.00)
23/02/11 Aalst
De Werf (20.00)
24/02/11 Gent

Italia

Voor de achttiende editie reisde Saint Amour naar de bakermat van de liefde: la bella Italia. Er zijn meesters en leerlingen in de kunst van het verleiden en het meesterschap begon zonder twijfel daar, in het land van Berlusconi en la Cicciolina, maar ook: van Catullus en Casanova.
Na achttien edities bleek er nog steeds geen sleet gekomen op het concept van Saint Amour: ‘Het is één grote fijnproeverij waarbij wij al dat lekkers heel lieflijk ingelepeld krijgen’, schreef CJP.
Saint Amour kleurde in 2011 azuurblauw en eerde de liefde met de voorhoede van de Italiaanse literatuur: Caterina Bonvicini, Paolo Giordano, Irene Lamponi (‘de frêle verschijning , ‘met de looks van Sophia Loren’, dixit De Morgen), Francesco Pacifico en Sandro Veronesi. De Azzurri kregen het gezelschap van Tim Parks, Mauro Pawlowski en Ilja Leonard Pfeijffer. Sven Speybrouck trok het jasje aan van de maestro delle ceremonie en maakte ‘op het gepaste moment de gepaste grap’ (CJP).
Volgens De Standaard waren de muzikanten van Transparant, die bewerkingen van Vivaldi bracht, ‘de echte sterren van de avond’. De volksliederen van Graindelavoix, dat de fameuze Italo-Belgische muziekclub Muntagna Nera deed herrijzen, werden door dezelfde krant ‘even breekbaar als pakkend’ genoemd. De pers zag hoe Tim Parks en Francesco Pacifico voor literair vuurwerk zorgden; Parks met zijn ‘schmierende intonatie en een perfecte pointe’ (De Morgen) en Pacifico met ‘heerlijk scabreuze vergelijkingen’ (Knack). Ook met Sandro Veronesi ‘spat(te) de passie van het podium’ (Knack).